web analytics

Een woenjoewoenjoe van mythen

‘Iemand een wreeddadige bliksem baksen’. Wie die uitdrukking niet meteen kan thuisbrengen, zal vergeefs te rade gaan bij de Van Dale of het Woordenboek der Nederlandse Taal. Maar dat iemand erover struikelt, is niet erg waarschijnlijk. De context maakt alles duidelijk – ‘abrupt bam en duidelijk’.

Een oude negerslaaf kwijnt weg op een suikerplantage. Op een dag vlucht hij het Grote Bos in, op de hielen gezeten door een vervaarlijke bloedhond en door de Planter-Meester. Hij rent, hij huilt om het hervonden leven dat ‘zijn benen bedwelmt’. In een opwelling van levenswil maakt hij rechtsomkeert. Hij zal het monster bevechten. Zijn pas wordt licht, wordt ‘kokosolie en kankantriepluis’.… > Lees verder

Ware leugens

Behoort u ook tot de snobs die het boek altijd beter vinden dan de film? Let op, u krijgt binnenkort een uitgelezen kans om uw smaakoordeel te scherpen.

Thomas Vinterberger, de Deense cineast die met Festen internationaal hoge ogen gooide, werkt momenteel aan de verfilming van Le Grand Cahier, de evenzeer internationaal bejubelde, uit 1986 stammende debuutroman van de Hongaars-Zwitserse Agota Kristof (1935). De vertaling van dat boek, Het dikke schrift, is inmiddels heruitgegeven, samen met de twee romans die op dat debuut volgden, Het bewijs (1988) en De derde leugen (1991).

De tweelingtrilogie is nu dus eindelijk in één band voorradig in het Nederlands.… > Lees verder

Een mens zoals wij

‘Ik ging pissen. Het was nog nacht. Anderen naast me pisten ook; we spraken niet. Achter de pisplaats was de schijtkuil met een muurtje waarop andere kerels zaten, de broek naar beneden. Boven de kuil was een afdakje, boven de pisplaats niet. Achter ons geluiden van klompschoenen, gehoest van anderen die kwamen aanlopen. De schijtplaats was nooit verlaten. Boven de pisplaatsen hing altijd damp.’

De abrupte opening zet de toon. In de beschaafde wereld ontlasten mensen zich doorgaans alleen, en krijgt de plaats waar ze zich ontlasten een eufemistischer naam dan ‘schijtplaats’. De schijtplaats die Robert Antelme in de eerste alinea van De menselijke soort beschrijft, is ondanks de precaire sanitaire voorzieningen nooit verlaten.… > Lees verder

American Psycho meets Don Quichot

Zelfbescherming of mystificatie, dat zijn meestal de motieven voor het aannemen van een valse schrijversidentiteit.

Beide motieven worden fraai geillustreerd door het geval-Paul Smaïl (1970), een Franse schrijver van Marokkaanse afkomst, van wie in 1997 het autobiografische Vivre me tue verscheen. Deze briljant geschreven roman was een heus phénomène de librairie, Frans eufemisme voor een kaskraker. Al meteen bij het verschijnen spraken critici het vermoeden uit dat de naam Smaïl een masker was en dat zich achter die deknaam een gelouterde, allerminst allochtone schrijver schuilhield. Maar als er al sprake was van een vermomming, dan mocht die zeker geslaagd heten.… > Lees verder

Slalommen tussen de registers

Pagina 207: ‘[…] Uiteindelijk zocht ik mijn heil bij Baudelaire. Angst, dood, schaamte, dronkenschap, nostalgie, de verloren kindertijd… enkel onaantastbare onderwerpen, oerdegelijke thema’s. Het was toch wel bizar. De lente, de hitte, al die opwindende grietjes, en ik die daar las:

Gedraag je, o mijn Smart, probeer je in te tomen.
Je riep de Duisternis; zij daalt neer; zij is daar:
Een zwarte nacht heeft van de stad bezit genomen,
Die sommigen tot rust brengt, anderen bezwaart.

Terwijl in slaafs vertier de vuige mensenstromen
Gegeseld door ’t Genot, die wrede folteraar,
Met spijt in het verschiet luidruchtig samenkomen,
Reik mij de hand, mijn Smart; kom hierheen, ver vandaar…’

Bij de chute van het sonnet wordt het citaat afgebroken.… > Lees verder

L’inconscient philosophique

Cette étude sur la philosophie en Europe, qui brosse un tableau de dix-neuf philosophies nationales présentées par des commentateurs locaux (et complété par quelques articles généraux d’objet et d’intérêt divers), se trouve être un bel instrument pour mesurer les obstacles à une pensée ‘sans frontières’. Elle se prête, par exemple, à comparer l’état actuel d’une tradition philosophique largement connue mais difficile d’accès, comme la tradition française, avec celui d’une tradition beaucoup moins connue mais très accessible, comme la tradition néerlandaise. Que cache le mot ‘philosophie’ dans deux pays aux histoires culturelles si différentes?

Le philosophe D. Janicaud, auteur de l’article sur la France, fait défiler sur quarante pages un grand nombre de noms propres et de concepts qui ont eu cours parmi les philosophes français ces quinze dernières années.… > Lees verder