web analytics

Jean Echenoz, Bodembestemming, fragment

Omdat alles verbrand was – moeder, meubilair en foto’s van moeder – hadden Fabre en zoon Paul direct een hele rompslomp: al die as en die rouw, verhuizen, de meubelboulevards af voor een nieuwe start. Te snel vond Fabre iets minder ruims, twee multifunctionele kamers onder een gemetselde fabrieksschoorsteen waarvan de slagschaduw de tijd aangaf, en niet zo ver van de Quai de Valmy, wat praktisch was.

’s Avonds na het eten vertelde Fabre Paul over zijn moeder, Paul z’n moeder, soms al onder het eten. Omdat ze geen afbeelding van Sylvie Fabre meer hadden sloofde hij zich uit om haar steeds preciezer te beschrijven: hele hologrammen verrezen midden in de keuken, maar bij de minste onnauwkeurigheid liepen ze leeg.… > Lees verder

Michel Houellebecq, ‘H.P. Lovecraft – Tegen de wereld, tegen het leven’, fragment

Het leven is pijnlijk en teleurstellend. Daarom is het onnodig om nieuwe realistische romans te schrijven. We weten in zijn algemeenheid waar we met de werkelijkheid aan toe zijn, en we hebben weinig zin om er meer over te horen. De mensheid als zodanig prikkelt onze nieuwsgierigheid nog maar matig. Al die enorm subtiele ‘observaties’, al die ‘situaties’ en anekdotes… Zodra het boek is dichtgeslagen, dragen ze enkel nog maar bij aan een licht gevoel van walging dat al voldoende wordt gevoed door om het even welke dag uit het ‘echte leven’. Maar dan Howard Phillips Lovecraft: ‘Ik ben de mensheid en de wereld zo stierlijk beu dat niets me meer kan boeien tenzij het minstens twee moorden per bladzijde bevat of handelt over onnoembare, onverklaarbare verschrikkingen die neerloeren vanuit buitenkosmische ruimten.’… > Lees verder

‘Mijn materiaal is niet echt de wereld’: gesprek met Michel Houellebecq

Michel Houellebecq is geen prater. Toen ik hem in november 2002 op verzoek van de Volkskrant in Spanje opzocht voor een eindejaarsinterview, had ik me dan ook voorbereid op een moeizaam, langdurig gesprek met veel stiltes en veel eh’s en hm’s. Het viel mee: langdurig was het zeker, de eh’s en hm’s waren niet van de lucht, maar wat overheerste was de grote bereidheid van de schrijver om na te denken over alle mogelijke onderwerpen zonder terug te vallen op kant-en-klare antwoorden. Gezien de traagheid waarmee het gesprek op die manier verliep leek het mij misplaatst om uit Houellebecqs woorden een vloeiend, doorlopend betoog te destilleren, zoals bij dit soort interviews gebruikelijk is: dat past niet bij hem en zou de werkelijkheid te veel geweld aandoen.> Lees verder

Michel Houellebecq, ‘De koude revolutie’, woord vooraf

Michel Houellebecq dankt zijn bekendheid voornamelijk aan twee romans, Elementaire deeltjes en Platform. Het zijn ambitieuze boeken, die veel stof hebben doen opwaaien door de grote thema’s die ze aan de orde stellen en de forse stellingen die ze verkondigen – of niet verkondigen, daarover verschillen de meningen. Gezien de rol die Houellebecq inmiddels ook bij ons in het literaire en intellectuele debat speelt, was de behoefte aan verdere ontsluiting van zijn werk in het Nederlands groot. De koude revolutie vult in één klap een groot deel van de lacune aan, door vrijwel alles te bundelen wat niet onder de kopjes ‘fictie’ of ‘poëzie’ valt.… > Lees verder

De wereld als personage

Nog niet zo heel lang geleden stond Honoré de Balzac (1799-1850) in literair Frankrijk model voor alles wat fout was. Het personage en het verhaal, twee belangrijke pijlers van zijn gigantische oeuvre, werden afgedaan als achterhaalde begrippen, zijn beschrijvingen overtollig en langdradig gevonden, zijn alwetende vertellers ongeloofwaardig geacht (want God was dood). En over zijn stijl kon je het beter ook niet hebben: dat was een allegaartje waar zelfs zijn tijdgenoten hun wenkbrauwen al bij optrokken.

Maar hij kwam terug. De toch niet weinig experimentele essayist Roland Barthes liet zien dat een verhaal van Balzac heus wel interessant kon zijn, hyperintelligente wetenschappers betoogden dat zijn lange beschrijvingen helemaal niet saai waren, en zodoende veranderde het pispaaltje van de Nouveau Roman weer in een keurig nette Grote Schrijver.… > Lees verder

Zeven portretten van Denis Diderot

1. Zittend aan zijn werktafel (Louis-Michel van Loo, olieverf, Louvre)

De filosoof, zoals hij zichzelf graag noemde, draagt een glimmende kamerjas en ziet eruit als iemand die weet wat weelde is. Met zijn rechterhand schrijft hij, zijn linkerhand heeft hij op borsthoogte geheven alsof hij in zijn bezigheid is gestoord door de binnenkomst van een onbekende, naar wie hij met grote ogen opkijkt. Zeer vakkundig geschilderd, het pruikloze hoofd met het korte grijze haar doet zeer realistisch aan – maar nee, dit is hem niet: te goed gekleed, te wuft, te steriel. Zelf noemt de geportretteerde het schilderij ‘vrij goed getroffen’, om even later los te barsten: ‘Maar wat zullen mijn kleinkinderen wel niet zeggen als ze mijn sombere boeken ooit vergelijken met die lachende, snoezige, verwijfde oude ijdeltuit?… > Lees verder