web analytics

C.F. Ramuz, Schoonheid op aarde, nawoord

‘We moeten zien hoe magistraal dit simpele verhaal ons wordt gepresenteerd, hoe groots in plastische en muzikale zin. Weidse landschappen – het meer, de bergen, de lucht – omhullen de personages; sterker nog, ze nemen aan hun handelen deel. Golven, zand, bos worden tot levende personen, ze lichten op in beelden die langsschieten als bliksemschichten.’

Deze quote is afkomstig uit een reclametekstje getiteld ‘Een nieuw meesterwerk bij Uitgeverij Grasset: La Beauté sur la terre, roman van C.F. Ramuz’, en is van de hand van… C.F. Ramuz. Het valt niet mee om te beoordelen wat zelfspot en wat ernst is in zinnetjes als ‘De auteur bereikt hier het volkomen meesterschap’; Ramuz lijkt zich in zijn op verzoek van Grassetdirecteur Pierre Tisné geschreven blurb vrolijk te maken over het kenmerkende, ronkende taalgebruik van flapteksten – ‘niet bombastisch genoeg’, voegt hij met de hand nog aan het kladje toe.… > Lees verder

C.F. Ramuz, Schoonheid op aarde (fragment)

‘[…] Ze kijkt op, draait haar hoofd naar links en naar rechts. Het kwam van rechts. De muur was hoger dan zij, maar dan beginnen we te zien wie ze is. Een ladderwagen stond tegen de muur geschoven; ze grijpt hem met beide handen vast, haar omslagdoek heeft ze om haar middel geknoopt, dan klimt ze de ladder op, in het maanlicht, want de maan was net achter de wolken verschenen, en de maan schijnt op haar haren, op haar schouders, dan op haar rok en rond haar benen. We beseffen hoe lenig ze is. Ze blijft een ogenblik ineengedoken boven op de muur zitten, steunend op haar handen, die ze plat voor zich heeft gelegd; het was de rand van een gecementeerd dakterras, gebruikt voor het uithangen van wasgoed, zoals bleek uit lijnen van staaldraad die tussen haken waren opgespannen.… > Lees verder

Dertig jaar Nouvelles Voix

Interview met Rokus Hofstede, vertaler van Annie Ernaux

De Nederlandse essayist Rokus Hofstede heeft meer dan zestig Franse boeken vertaald, waaronder De jaren van Annie Ernaux, dat werd gepubliceerd in 2020 door de Arbeiderspers met steun van het Nouvelles Voix-programma van het Institut français des Pays-Bas. Zijn werk werd bekroond met de Martinus Nijhoff Vertaalprijs 2021.

In december 2020 kreeg u de Martinus Nijhoff Vertaalprijs 2021 voor beste vertaling van een literair werk naar het Nederlands. Hoe was het om deze prijs in ontvangst te mogen nemen?

“De Martinus Nijhoffprijs bekroont niet zozeer een ‘beste vertaling’ – als zoiets al kan bestaan, een vertaling is niet meer dan een voorstel tussen ontelbaar veel mogelijke voorstellen – als wel een ‘vertaaloeuvre’ – al klinkt dat woord overdreven pretentieus; het gaat in feite om een steeds opnieuw aangegaan lijf-aan-lijfgevecht met teksten die steeds heel verschillende eisen kunnen stellen aan de vertaler: kennis en techniek, maar ook muzikaliteit, precisie, inventiviteit… Wat me bijzonder gelukkig maakt, is dat met deze prijs de kwaliteit van mijn werk wordt erkend ondanks het feit dat ik vaak moeilijke of minder bekende, minder geconsacreerde auteurs heb vertaald – auteurs uit de literaire marge (la France profonde, België, Zwitserland) of uit de historische avantgarde, auteurs die geen romans maar essays of geesteswetenschappelijke teksten hebben geschreven.

> Lees verder

Juryrapport Martinus Nijhoff Vertaalprijs 2021 – Rokus Hofstede

Het vertaaloeuvre van Hofstede telt niet alleen gekende meesterwerken, maar ook relatief onbekende teksten die dat predicaat verdienen en nu dus door een groter publiek ontdekt kunnen worden. “Teksten vertalen waarvan ik zelf niet wist of ik ze wel aankon.” Dat was volgens Rokus Hofstede zijn drijfveer toen hij zich in de jaren negentig als relatief jonge vertaler waagde aan werk van notoir moeilijke en daardoor in Nederland relatief onbekende schrijvers als Georges Perec en Pierre Michon. Hij kreeg al snel de naam een “kieskeurige vertaler” te zijn, mede doordat hij “zelf de ambitie liet blijken om moeilijk werk te doen”.… > Lees verder

‘Wie vlooien heeft, is niet alleen’. Het parasitaire schrijverschap van Henri Roorda, alias Balthasar (1870-1925) (inleiding)

‘Al geruime tijd ben ik van plan een boekje te schrijven onder de titel Het vrolijke pessimisme. Die titel bevalt me. Ik vind dat hij een mooie klank heeft, en hij drukt aardig uit wat ik zou willen zeggen. Maar ik heb geloof ik te lang gewacht. Ik word oud en mijn boekje zal waarschijnlijk meer pessimisme dan vrolijkheid bevatten. Ons hart is niet de volmaakte thermosfles die de gloed van onze jeugd tot het einde toe zonder warmteverlies bewaart.’ Zo opent Mijn zelfmoord, de tekst waarin Henri Roorda, Frans-Zwitsers schrijver van Nederlandse origine, zijn zelfverkozen dood rechtvaardigt.

Voordat hij de daad bij het woord voegde, schreef Roorda een oeuvre bij elkaar dat hem maakte tot, naar verluidt, ‘de grootste humorist van Franstalig Zwitserland’.… > Lees verder

Over de eerste zin uit De grote angst in de bergen van Charles-Ferdinand Ramuz

‘Le Président parlait toujours. La séance du Conseil général, qui avait commencé à sept heures, durait encore à dix heures du soir.’

Het onnozelste eerste zinnetje kan de vertaler die zijn moed bijeen heeft geraapt meteen perplex doen staan.

De lezer van de openingspagina van Ramuz’ roman De grote angst in de bergen, oorspronkelijk gepubliceerd in 1926 als La Grande Peur dans la montagne, wordt geteleporteerd naar een klein bergdorp in het kanton Wallis, ergens eind 19e of begin 20e eeuw, midden in een zich voortslepende vergadering van de dorpsraad – het orgaan voor gemeentelijk zelfbestuur waarin alle volwassen mannelijke dorpsbewoners inspraak hebben, oftewel het hoogste lokale besluitvormingsorgaan, conform de lange basisdemocratische traditie die Zwitserland rijk is.… > Lees verder