web analytics

Een genre apart

Publicatie voorzien bij Uitgeverij Koppernik op 13 februari 2025, presentatie gepland op 12 maart in Boekhandel Limerick te Gent, nu reeds, op 13 januari, getipt in De Standaard: Henri Michaux, Hoekpijlers.

Opvallend is hier vooral hoe aanstekelijk enthousiasme kan zijn. In augustus 2024 schreef ik, na voltooiing van de vertaling van Poteaux d’angle, tijdens een residentie in Seneffe, in een euforische bui een van enige hybris getuigend nawoordje, waarbij vooral de uitsmijter de mate van mijn euforie uitdrukte.

‘Hoekpijlers’: viaticum voor troebele tijden, trainingskamp voor onafhankelijken van geest, ontwenningskuur voor mediaverslaafden, antidotum tegen een door roddel, cliché en stemmingmakerij beheerste wereld.

> Lees verder

Snel! Vlot!

De omloopsnelheid van boeken wordt steeds korter. Als ze niet binnen een paar weken een succes zijn, zijn ze al bijna oud papier. Maar grappig genoeg laten recensies van diezelfde boeken vaak juist steeds langer op zich laten wachten (is mijn indruk, die wordt bevestigd door collega’s uit het boekenvak). Verschijnt er een Franse klassieker van de buitencategorie, type Tourmalet of Alpe d’Huez, dan lagen de recensies vroeger bij wijze van spreke al klaar op het moment van de eerste drukproef (EMBARGO, ONGECORRIGEERDE PROEF), maar tegenwoordig kijken de kranten en andere media (radio vooral, want boeken-tv bestaat niet meer) niet op een paar maanden meer of minder.… > Lees verder

Die puriteinse Hollanders

Is het proza van Pierre Michon te zinnelijk en te weelderig voor die puriteinse Hollanders?

In 2024 verscheen Michons Het stroomdal van de Beune bij Uitgeverij Van Oorschot. De boeken van Michon zijn in ons taalgebied wat met een fraai eufemisme succès d’estime worden genoemd: goed ontvangen door de critici, weinig gelezen. Mijn uitgever vond desgevraagd dat de verkoop van Het stroomdal zes maanden na publicatie ‘niet overhield’; met ruim twaalfhonderd verkochte exemplaren is de roman geen kassakraker gebleken. Toch valt die verkoop nog mee, vergeleken bij sommige oudere Michontitels, waarvan niet meer dan een paar honderd stuks werden weggezet.

Het stroomdal van de Beune is de mise-en-scène van een begeerte, een roman over water en vuur, hengelaars en jagers, witte wanden en rode wonden, witte vissen en rode vossen, de reeks ‘prachtige minimale opposities’ die vriend Martin ooit heeft gespot.… > Lees verder

Wie is bang voor de vertaler?

In de ogen van veel mensen, uitgevers en critici incluis, is literair vertalen een vorm van dienstverlening, een inwisselbaar, anoniem en tot (terechte) nederigheid stemmend ambacht met een louter instrumenteel doel – een literaire tekst uit een vreemde taal ‘ontsluiten’ in de eigen taal. Tot voor kort vormden vertaalwetenschappers niet altijd een uitzondering op die laatdunkende grondhouding. Geen wonder, als je de sociologische realiteit in aanmerking neemt: de wetenschap is een prestigieuze activiteit, geschraagd door een prestigieuze institutie die aan haar beoefenaars glansrijke carrières biedt – het literaire vertalen is een roemloze freelance-activiteit, of om het nog gechargeerder te zeggen: een vorm van letterknechterij waarvoor je, zoals Hans van Pinxteren ooit zei, een gelofte van armoede moet afleggen.… > Lees verder

De boektitels van Franz Kafka

Der Prozess (of Der Proceß, Der Process, Der Prozeß). Die Verwandlung. Das Urteil. Der Heizer. Der Verschollene. Das Schloss. Het moge duidelijk zijn: Franz Kafka hield van een bepaald soort titels. Lidwoord, zelfstandig naamwoord. Kort, krachtig.

In het Nederlands zou dat ook moeten kunnen, wij zijn tenslotte het kleine zusje van het Duits. De stoker, Het vonnis, Het proces, ja, maar dan? De gedaanteverwisseling is ellendig lang, de eenvoud en meerduidigheid zijn foetsie, en belangrijker nog, ook de link met de eerste zin ontbreekt: ‘Als Gregor Samsa eines Morgens aus unruhigen Träumen erwachte, fand er sich in seinem Bett zu einem ungeheuren Ungeziefer verwandelt.’… > Lees verder

De meetlat kan zichzelf niet meten

Op de middelbare school had ik een ‘beste vriend’, zoals dat heet. We schreven songs (piano/zang/drums) tijdens de wiskundeles, gingen vanuit onze woonplaats Middelburg op liftvakantie met een bordje ‘VER WEG’ (bij Oldenzaal vervangen door ‘WEIT HIN’) en maakten iedereen gek met onze woordgrapjes. Kortom, we vonden onszelf fantastisch. Onze grootste prestatie: de uitvinding van het verschil tussen feit en mening.

We hielden er zelfs een spreekbeurt over. Feit: de muziek van Bach is vernieuwend, die van Mozart gebaseerd op clichés. Mening: de muziek van Bach is schitterend, die van Mozart niet om aan te horen. Feiten zijn onbetwistbaar, meningen zijn, tja, betwistbaar, en tegelijk ook niet, want over smaak valt niet te twisten.… > Lees verder