web analytics

Henri Michaux, ‘Hoekpijlers’ (fragmenten)

[De Franse dichter van Belgische oorsprong Henri Michaux (1899-1984) werkte in de laatste decennia van zijn leven aan een soort poëtisch vademecum, een distillaat van opstandige wijsheid, ergens halverwege cynisme en taoïsme, getiteld Poteaux d’angle (Hoekposten). In 1971 verscheen een eerste uitgave van deze aan zichzelf en aan de lezer gerichte tegendraadse maximen en bezweringen. In 1979 en 1981 volgden vermeerderde, verbeterde versies. Een door Jacq Vogelaar vertaalde selectie uit Poteaux d’angle is onder de titel Hoekposten gepubliceerd in Raster 23 (1982). De hierna volgende fragmenten zijn niet eerder vertaald. Ze zijn verschenen in een ruimere vertaalde selectie, gepubliceerd in december 2015 bij de Gentse uitgeverij Zegwerk, gespecialiseerd in aparte boekwerken.> Lees verder

‘Photographie of iets dergelijks’

Het kartelrandje doet herkomst uit een Belgisch familiealbum vermoeden, de locatie van de afbeelding is naar alle waarschijnlijkheid Congo, of liever de Congo, zoals het in Vlaanderen gallicistisch heette, en de tijden zijn koloniaal, het tafereel speelt zich vóór 1960 af. Wat opvalt op de zwart-witfoto is het contrast – niet zozeer tussen de zwarte man en de witte auto; dát contrast stemt overeen met wat bekend is over de sociale verhoudingen in Congo voorafgaand aan de onafhankelijkheid; hier wordt rijkdom uitgestald, of althans vereeuwigd, zowel de rijkdom vertegenwoordigd door het toenmalige bezit van zo’n auto in Leopoldville en omstreken als de rijkdom belichaamd door een privé-chauffeur.… > Lees verder

Marcel Broodthaers, ‘Standbeelden van Brussel’ (fragment)

Het was verschrikkelijk.
De wind blies met de woeste kracht van een tornado.
Dakpannen en schoorstenen werden opgezogen naar de hemel
in zuilen van vergruizeld puin.
De wind in staat van waanzin gaf de stad een ander aanzicht.

Standbeelden,
huurlingen, stonden op wacht in de veroverde vesting.
Ze worstelden met trage gebaren.

Broodthaers_Coulommier.omslag

  • ‘Standbeelden van Brussel’ (fragment), Marcel Broodthaers, teksten; Julien Coulommier, foto’s; Rokus Hofstede, vertalingen, in: Terras 09, 2015, ‘Brussel’
  • > Lees verder

    Guy Debord, De spektakelmaatschappij & Commentaar op de spektakelmaatschappij (fragment)

    OMSLAG_SPEKTAKELMAATSCH_72_dpiGeneraal Noriega genoot begin 1988 kortstondig mondiale bekendheid. Hij was dictator zonder titel van Panama, land zonder leger, en voerde er het bevel over de Nationale Garde. Want Panama is niet echt een soevereine staat, het is gedolven voor zijn kanaal, niet andersom. De munteenheid is de dollar, en het echte leger dat er gestationeerd is, is evenzeer buitenlands. Noriega had dus carrière gemaakt als generaal-politieagent voor de bezetter, en in dat opzicht was zijn carrière identiek aan die van Jaruzelski in Polen. Hij importeerde drugs in de VS, want Panama is niet winstgevend genoeg, en hij exporteerde zijn ‘Panamese’ kapitalen naar Zwitserland.… > Lees verder

    Nicolas Bouvier, ‘L’usage du monde’ (fragmenten)

    ‘Voor de vagebonden van de schrijverij is reizen – ontworteld en beschikbaar zijn, risico’s nemen, ontberingen lijden – een manier om weer toegang te krijgen tot het soort bevoorrechte plekken waar de schamelste dingen zich opnieuw tonen in hun volwaardige, soevereine staat.’

    ‘De wereld gaat als water door je heen en schenkt je voor even zijn kleuren. Trekt zich dan terug en plaatst je voor de leegte in jezelf, voor het soort centrale zielstekort waartoe je je nu eenmaal moet leren verhouden, waartegen je je moet afzetten en dat, paradoxaal genoeg, misschien wel je duurzaamste drijfveer is.’

  • Nicolas Bouvier, L’Usage du monde, geciteerd in: Cédric Gerbehaye, D’entre eux.
  • > Lees verder

    Caroline Lamarche, ‘Cédric Gerbehaye. Tussen de mensen’

    België fotograferen is thuiskomen. Het is misschien ook werken aan je eigen overlevingskansen, ver van alle extremen. Met deze vraag: de intensiteit die zich, in eerder werk, meet met het geweld in den vreemde, verzwakt die niet zodra het gaat om je eigen land?

    Wie moet je namelijk in beeld brengen, op dit grondgebied waarvan de regio’s zonder bloedvergieten met elkaar botsen, in dit piepkleine landje dat vijfhonderdveertig regeringsloze dagen lang gewoon bleef functioneren? Hoe ziet die naar verluidt gemoedelijke compromis-samenleving eruit? Welke ongelijkheden zwellen er stilletjes aan? Hoeveel mannen, hoeveel vrouwen slijten er heimelijk hun vergeten leven? Wat blijft er van de menselijkheid over als een landschap onmerkbaar uitdooft, als de fakkels van de hoogovens verdwijnen, als er nog maar twee boerderijen over zijn in een streek die er dertig telde, als dorpen worden opgeofferd aan een haventerminal, als de gevangenis of het gesticht levenslang is, als de slaap lijkt op de dood?… > Lees verder