web analytics

Pharmacie Anglaise Swann

Onbegrensd is de rijkdom aan dromen, fantasieën en betekenissen die door de verteller van de Recherche aan bepaalde namen wordt gehecht. De ontdekking van de namen was zelfs, aldus Roland Barthes in zijn essay ‘Proust et les noms’, het poëtische evenement dat het schrijven van de Recherche ‘op gang bracht’. De roman ontwikkelt zich uit het vermogen van de verteller om de in namen gehulde essenties gaandeweg te leren ontcijferen, dus uit het narratieve verband dat Proust tussen zulke dromen, fantasieën en betekenissen legt. ‘Poëtisch gezien’, schrijft Barthes, ‘is de hele Recherche voortgekomen uit een paar namen.’

‘Plaatsnamen: de naam’, het korte derde deel dat Du côté de chez Swann besluit, is onder meer een reflectie over de poëtische kracht van namen, namen van bepaalde plekken (Balbec, Florence) of bepaalde personen (Swann).… > Lees verder

Hooglied op de dood

“Ik hou van je, vroeger, nu en altijd, en altijd zal nu zijn”, zei ze. Maar als ik die nacht in de Ritz nu eens twee voortanden had gemist, twee miserabele botjes, zou ze daar dan ook zijn, onder me, in religieuze vervoering? Twee botjes van elk drie gram, dus zes gram. Haar liefde weegt zes gram, dacht hij, over haar heen gebogen en haar betastend, haar aanbiddend.

Albert Cohens onlangs heruitgegeven roman De uitverkorene van de heer – de vertaling van Belle du seigneur – is een ‘overrompelend liefdesverhaal’, meldt het omslag. Overrompelend is de liefde in elk geval voor Cohens personages.… > Lees verder

Le monde est un pervers polymorphe, Olivier Rolin

« En fait, il a l’air d’avoir glissé sa tête dans le trou d’un décor représentant naïvement, dans une petite foire de province, une chasse au lion. » Ainsi Olivier Rolin décrit-il le chasseur de lions, un type pourvu d’une grosse moustache de morse et de larges favoris, qui en 1881 avait été représenté par Édouard Manet dans le tableau intitulé Monsieur Pertuiset, Le Chasseur de Lions. Les aventures d’Eugène Pertuiset occupent la place centrale dans De leeuwenjager en Manet, le dernier roman de Rolin, traduit par Katelijne De Vuyst. Il est évident que Rolin ne prend pas tout à fait au sérieux le modèle du peintre.… > Lees verder

Pierre Bergounioux, ‘Permeke’

[…]

We verlaten het gestaag veroverde terrein, het perspectief, het respect voor proporties, het haarscherpe oog voor details, de kundige omgang met kleuren. De figuren van Permeke lijken met een onbeholpen, kinderlijke hand te zijn getekend, uit onvermogen om de elementaire anatomische vormen waar te nemen – houterige, asymmetrische lichamen, grove handen, logge voeten, summiere trekken. De representatie van mannen in colbertkostuum wordt aangetast door wat wel iets wegheeft van de Art nègre die Derain, Apollinaire en Picasso niet veel veel later zullen ‘uitvinden’, hedendaagse Europeanen worden de belichaming van vroegere, primitieve, achterhaalde stadia van de beschaving. En dat is geen toeval, want op dat moment van de geschiedenis wankelen de verworvenheden en veroveringen van de westerse wereld.… > Lees verder

Marie-Hélène Lafon, ‘De kermis’

HIJ
Al dat lawaai, en overal mensen, geloop geschreeuw, stampvolle cafés, en al die koopwaar, het einde is zoek, je moet weten wat je wil en daar moet je bij blijven, anders ben je je geld binnen de kortste keren kwijt zonder dat je beseft waaraan. Ginder vergeet je de wereld, achter ons land is geen land meer, wij tweeën alleen, geen tijd te verdoen met plezier maken of rusten. Rusten doen we wel als we dood zijn, zei vader, en we zullen ons niet moe hebben gemaakt, zei hij ook. Hij dacht dat een jonge vrouw lastig zou kunnen wennen, dat je daar geboren moest zijn om er te aarden, zoals moeder die altijd op een boerderij geleefd had.… > Lees verder

Tijdloze tijd in Arles

‘Voor vertalers is contact met de brontaal en –cultuur en met anderstalige collega’s die uit dezelfde taal vertalen van het allergrootste belang. Een relatief bescheiden, maar zeer doeltreffende mogelijkheid daartoe vormen de vertalershuizen…’, heet het in het Vertaalpleidooi. Zo gezegd zo gedaan: deze zomer heb ik vier weken in Arles verbleven, aan het Collège International des Traducteurs Littéraires aldaar. Het Collège bezet een vleugel van het voormalige Hôpital-Dieu, het uit de 16e eeuw daterende ziekenhuis in het hartje van het oude Arles, dat een jaar of dertig geleden een culturele bestemming heeft gekregen. De binnenplaats, die wel iets wegheeft van een kloostertuin, is heraangelegd overeenkomstig het door Vincent van Gogh in het voorjaar van 1889 ter plekke gemaakte schilderij.… > Lees verder