Toen madame Du Deffand als klein meisje op de nonnenschool zat, predikte ze daar het ongeloof aan haar vriendinnetjes. De abdis liet bisschop Massillon komen, aan wie het meisje haar redenen uiteenzette. Na het gesprek zei Massillon: ‘Ze is alleraardigst.’ De abdis, die aan dit alles het grootste gewicht toekende, vroeg de bisschop welk boek het kind te lezen moest krijgen. Hij dacht even na en antwoordde toen: ‘Een catechismus van vijf stuivers.’ Meer kreeg men niet uit hem.
De anekdote is van Chamfort, de grote portrettist van de achttiende-eeuwse mondaine elite. Waarschijnlijk schuilt er wel een kern van waarheid in, want in december 1765 schrijft de dan negenenzestigjarige, inmiddels blinde markiezin Du Deffand, houdster van de belangrijkste Parijse salon, aan haar vriend Voltaire: ‘Ik herinner me dat toen ik klein was en op de nonnenschool zat, madame De Luynes pater Massillon op me af stuurde; mijn intelligentie sidderde voor de zijne: ik zwichtte niet voor de kracht van zijn redeneringen, maar voor de reputatie van de redenaar.’… > Lees verder