web analytics

11-11-11

Als de auteur Georges Perec had geheten, had De Elf vandaag moeten verschijnen, om 11:11 uiteraard. Maar de auteur heet Pierre Michon, De Elf verschijnt pas ergens in de loop van volgende week. Michons aan Baudelaire ontleende motto, ‘Het is een immens genot om je te vestigen in het getal’, heeft niets te maken met een hang naar getallensymboliek maar alludeert op de roes die onderdompeling in de massa wekt, en natuurlijk ook op Michons eigen titel. Want voor alle duidelijkheid, die titel verwijst niet naar voetbal of bosgeesten, maar naar het gekkengetal: De Elf duidt op de elf leden van het Comité de salut public, het ‘Comité tot Heil van het Algemeen’, dat tussen winter 1793 en zomer 1794 in Frankrijk de macht naar zich toe had getrokken en waarvan de leden, onder wie Maximilien Robespierre, ‘de Onkreukbare’, in de greep waren van de gekte die de geschiedenis is ingegaan als de ‘Terreur’, de dramatische climax van de Franse Revolutie.… > Lees verder

Kaart en veldeffect

Die Haan en Hof toch. Dachten ze in La Carte et le territoire te zijn gestuit op een heus veldeffect, een literair-strategisch eerbetoon van de ene schrijver aan de andere, blijkt het allemaal op toeval te berusten, zoals Houellebecq zijn Nederlandse vertaler desgevraagd meldt: hij wist helemaal niet dat Châtelus-le-Marcheix het in Vies minuscules bezongen geboortedorp van Pierre Michon was, en heeft het plaatsje puur uitgekozen vanwege de schoonheid van de betreffende Michelinkaart (want daar gaat het boek tenslotte over).

Einde veldeffect? Nee hoor. Als een klein Frans dorpje in twee boeken een belangrijke rol speelt, gaan die boeken onherroepelijk met elkaar resoneren.… > Lees verder

Kaart en gebied (bis)

De Creuse is een Frans departement dat toeristen of welgestelde gepensioneerden op zoek naar de bekoringen van het platteland tot nog toe grotendeels links hebben laten liggen, en met reden. Het is een ingeklonken, sombere streek, bestaand uit bosrijke hoogvlakten doorsneden met smalle, vochtige valleitjes; het landschap van de Creuse heeft de bezoeker weinig schoons, weids of lieflijks te bieden.

In zijn nieuwe roman La Carte et le territoire verklaart Michel Houellebecq het feit dat vroegoude Britse traders de Creuse tot op heden hebben veronachtzaamd, nadat ze zich meester hadden gemaakt van de Dordogne en op het punt stonden om uit te zwermen over het Massif Central, niet uit de aard van het landschap, maar uit de val van de Londense beurs en de crisis van de subprimes.… > Lees verder

Kaart en gebied

Michel Houellebecq, La Carte et le territoireDat de grote schrijver Michel Houellebecq de grote schrijver Pierre Michon leest en waardeert, wist ik al. Dit voorjaar, toen hij volop aan La Carte et le territoire werkte, meldde hij nog in een speciaal nummer van Les Inrockuptibles: ‘Pierre Michon heeft de (terechte) reputatie veel van zijn lezer te eisen, en men houdt hem voor saai (wat hij niet is).’ Ik kan denk ik wel raden wat Houellebecq intrigeert bij de auteur van Roemloze levens: niet diens veelgeroemde stijl, maar de aandacht voor de relatie tussen het werkelijke leven en het verhaal dat ervan kan worden gemaakt – voor de relatie, kortom, tussen ‘carte’ en ’territoire’, kaart en gebied (de titel is ontleend aan de algemene semantiek van Alfred Korzybski).… > Lees verder

Pierre Michon: L’expatriation littéraire

La discussion sur la réception de l’œuvre michonnienne au-delà des frontières françaises, je voudrais l’étendre ici à la question des enjeux littéraires de la traduction de cette œuvre. J’essaierai ce faisant de concilier deux points de vue divergents, une perspective externe et une perspective interne aux textes, strabisme qui est le lot de tout traducteur puisque tout traducteur combine la distance d’une position excentrique, étrangère à la culture et à l’histoire littéraire dans laquelle s’insère l’œuvre à traduire, et la proximité d’une fréquentation assidue et pointilleuse de cette œuvre. Autrement dit, il ne suffit pas de ‘bien traduire’; encore faut-il réfléchir sur ce qu’on traduit et sur ce que traduire veut dire.… > Lees verder

Tirade 15: Bekkentrekkerij

Na mijn eerste bijdrage aan deze blog ontspon zich een mini-discussie over de al dan niet wenselijke ‘onzichtbaarheid’ van vertalers, waaraan Martin een korte maar krachtige bijdrage leverde. Ik citeer: ‘Een goede vertaler bouwt direct zo veel krediet op bij de lezer, dat ook zijn gewaagdste keuzes onzichtbaar zijn (dwz door de lezer als onvervreemdbaar onderdeel van het boek worden ervaren, en dus als keuzes van de auteur). Je ziet ze pas als je de vertaling met het origineel gaat vergelijken – of beter nog, met andere vertalingen van dezelfde tekst.’

Een aantrekkelijk idee, vind ik, de vertaler die ‘krediet’ opbouwt bij de lezer, maar bij nader inzien vraag ik me af of er geen tegenstrijdigheid sluimert tussen de woorden ‘direct’ en ‘opbouwen’.… > Lees verder