web analytics

De schrijver als eeuwige ander

Een foto uit 1975. Zestien mannen en één vrouw, verzameld in een tuin. We herkennen onder andere Italo Calvino, Georges Perec en, precies in het midden, zittend achter de rode tuintafel, Raymond Queneau. Het is een beroemde foto, genomen in het laatste jaar voor Queneaus dood. Hij draagt een lichtgrijs pak met donkere stropdas. Perec, met woeste haardos en nonchalante witte blouse, staat vlak achter hem.

Ik zie de foto voor het eerst in kleur, maar toch wordt mijn oog meteen weer naar dat raadselachtige middelpunt getrokken. Queneau lijkt hier de Onbewogen Beweger zelve, hij domineert het tafereel maar lijkt er tegelijkertijd buiten te staan.… > Lees verder

Tovertaal 2: Trouwen doe je omdat je van elkaar houdt

Citaten in een literair werk zijn voor een vertaler altijd een reden om extra alert te zijn. De auteur laat een vreemde stem spreken in zijn eigen tekst, er vindt een stijlsprong plaats, de doorgaande beweging wordt onderbroken. Voor de gebruiker van Tovertaal vormen citaten dan ook een prachtige gelegenheid om zich uit te leven in de wat woestere stijlexperimenten. Ik werk nu ruim drie maanden met het programma, het ambachtelijke vertaalwerk kan ik inmiddels volledig aan Tovertaal overlaten, de snelheid overtreft mijn stoutste dromen, maar hele dagen achtereen alleen maar pagina’s scannen is ook niet alles, dus elk citaat dat ik tegenkom koester ik als een kleinood.… > Lees verder

Michel Houellebecq, ‘Platform’, fragment

Michel Houellebecq, PlatformMidden in een dronkenschap, vlak voor de totale versuffing, beleef je soms momenten van intense helderheid. De teloorgang van de seksualiteit in het Westen was onmiskenbaar een sociologisch verschijnsel van enorme omvang, het had geen zin dat te willen verklaren aan de hand van individuele psychologische factoren; toen ik een blik op Jean-Yves wierp, besefte ik dat hij een perfecte illustratie van mijn stelling vormde, het was bijna gênant. Niet alleen neukte hij niet meer en had hij ook geen tijd meer om het te proberen, erger nog, hij had er niet eens echt zin meer in, hij voelde het leven uit zijn lichaam wegvloeien, hij begon de geur van de dood te ruiken.… > Lees verder

Onzekerheden van een gepensioneerde meneer

Wat houdt meneer Songe bezig? Eerst een tijdje niets, zo lijkt het, of bijna niets: de tuin aanharken, een beetje kibbelen met de huishoudster, eten, slapen, uit het raam kijken. Meneer Songe is met pensioen, hij heeft een huis aan de Middellandse Zee gekocht en leidt een ledig leven.

Hoewel, ledig? In het tweede deel van het boekje dat zijn naam draagt, blijkt meneer Songe een obsessie te hebben: hij schrijft. Net als miljoenen soortgenoten is hij grafomaan: liefdevol voor frasen, liefdeloos voor mensen, zoals zijn huishoudster hem geregeld verwijt. Bovendien is hij bang: bang voor de ledigheid, bang voor de verwoestende werking van de tijd.… > Lees verder

Woorden als poppen van as

Je zou het een parabel kunnen noemen, of een moderne conte philosophique. Realistisch is het verhaal in ieder geval niet. Het meisje dat te veel van lucifers hield, de derde roman van de Franstalige Canadees Gaétan Soucy, is zo grotesk als een boek maar zijn kan. Wat niet wil zeggen dat het niets te melden heeft over onze wereld van markt en strijd. Integendeel zelfs.

Het meisje dat te veel van lucifers hield was een van de opvallendste Franstalige boeken van 1998. Het komt niet zo heel vaak voor dat er op het literaire toneel ineens een geheel nieuwe stem te horen valt, een stem die niet direct doet denken aan andere stemmen die al wat langer meezingen, maar dat is Soucy ontegenzeglijk: zijn werk is eigenzinnig, heeft een volstrekt eigen obsessionele thematiek en is bovendien van het aangenaam leesbare soort, wat niet van alle moderne Franse literatuur kan worden gezegd.… > Lees verder

Schrijven tegen de tijd

Een walkman. Een paar auto’s. Een museumgids. Een motor. Veel meer typische verschijnselen van onze moderne tijd komen er in het werk van Pierre Michon niet voor, of ik moet me sterk vergissen. Geen computers in elk geval, geen televisies, geen mobiele telefoons, geen hogesnelheidstreinen, geen digitale camera’s en geen animeerbars. Geen Chirac en geen Jospin, zelfs geen Mitterrand. Pierre Michon is niet van deze tijd, ben je als lezer geneigd te denken.

En daarin heb je dan ongelijk. Pierre Michon is wel degelijk van deze tijd, hij is er alleen geen liefhebber van. En ligt de veronderstelling niet voor de hand dat zijn weigering expliciet over de wereld van nu te schrijven in feite een doelbewuste poging is om ons met een schuine blik naar die wereld te laten kijken, met een grote boog om alle geruststellende schijnzekerheden heen, recht in het gapende raadsel?… > Lees verder