Er zijn mensen die worden overweldigd door de werkelijkheid van anderen, door hoe ze praten, hun benen over elkaar slaan, een sigaret opsteken. Die verzinken in de verhevigde aanwezigheid van anderen. Op een dag, of eerder op een nacht, worden ze meegesleept in de begeerte en de wil van één enkele Ander. Wat ze meenden te zijn, vervliegt. Ze lossen op en zien hoe een afglans van henzelf handelt en gehoorzaamt, meegesleept in de onbekende gang van de gebeurtenissen. Ze lopen steeds achter op de wil van die Ander. Die wil is hun steeds vóór. Hem inhalen doen ze nooit.
Geen onderworpenheid, geen instemming, alleen de verbijstering van de werkelijkheid, waardoor je je enkel afvraagt ‘overkomt mij dit’ of ‘maak ik dit mee’, behalve dat er in zulke omstandigheden geen ik meer is, of het is al niet meer hetzelfde ik.… > Lees verder