web analytics

De grimas van een schaduwbeeld

‘De neger delft het blauw / De regen komt er niet / Hij breekt door antraciet / De zon die schuurt hem rauw.’ Een raadsel? Een woordspel? Een versje? Niets van dat al: de eerste strofe van een gedicht van Jean Cocteau, vertaald door psycholoog Theo Festen. De strofe is opgebouwd rond een nogal versleten anagram (neger-regen): neger wil regen en graaft dus in de lucht, maar zonder succes. De lucht wordt pikzwart, de metaforische mijnwerker breekt hem open, maar daarachter brandt de zon nog onverbiddelijker: einde verhaal.

Maar wat staat er eigenlijk in het Frans? ‘Le nègre, mineur de l’azur / Que jamais pleuvoir ne mouille / Pâlit courbé dans la houille / Bleue et brute du soleil dur.’… > Lees verder

Wandelen door de boomtoppen

In het najaar van 1999 verscheen bij een grote Parijse uitgeverij een opmerkelijke verhalenbundel. La femme qui avait deux bouches, zoals de titel luidde, was niet het eerste boek van Alain Fleischer (hij had er al zeven op zijn naam staan), maar wel het eerste van een indrukwekkende reeks, waarvan de onlangs verschenen roman Les Ambitions désavouées het vierde deel vormt.

Bescheidenheid is Fleischer volledig vreemd. De flaptekst van La femme qui avait deux bouches was niets minder dan een esthetisch beginselprogramma, waarvan de uitvoering met de bundel zelf ‘frontaal’ heette te worden ingezet. Inderdaad heeft het boek iets overrompelends: Fleischer sleurt de lezer hardhandig zijn literaire privé-universum binnen, dat nog het meeste wegheeft van een kruising tussen Kafka, Perec en Sade.… > Lees verder

Dumas kon niet tellen

Een musical, een toneelstuk, een boek: het kan niet anders of Joop van den Ende Theaterproducties, jeugdgezelschap Artemis en uitgeverij Athenaeum-Polak & Van Gennep hebben de handen ineengeslagen. Om verwarring en merkenrechtelijke geschillen te voorkomen hebben ze hun product allemaal een net iets andere naam gegeven (respectievelijk 3 Musketiers, De 3 musketiers en De drie musketiers), maar het lijdt geen twijfel dat hier sprake is van een zorgvuldig georkestreerde revival.

Van den Ende legt zich toe op amusement voor het hele gezin, Artemis spreekt van een ‘familievoorstelling voor iedereen vanaf zeven jaar’; zou het chique Athenaeum-Polak & Van Gennep, bekend van succesvolle Dante- en Cervantesvertalingen, met de moeder aller jongensboeken een nieuwe niche willen aanboren?… > Lees verder

De beschermende nevel van de herinnering

Dit jaar wordt hij 90. Claude Simon, Nobelprijswinnaar en voormalig kopstuk van de Nouveau Roman, heeft alle grote conflicten van de moderne tijd meegemaakt. Een aantal ervan beschreef hij in zijn werk: de Koude Oorlog (na zijn Nobelprijs werd hij door Gorbatsjov uitgenodigd), de Tweede Wereldoorlog (hij ontsnapte zelf uit een Duits krijgsgevangenenkamp), de Spaanse burgeroorlog (hij vocht mee tegen Franco) en de Eerste Wereldoorlog (zijn vader stierf in 1914).

Geweld te over in de romans van Claude Simon, en de les is duidelijk: de geschiedenis (l’Histoire avec un grand H, zeggen de Fransen: de Geschiedenis met een grote G, waarbij de letter H hetzelfde klinkt als hache, bijl) is even meedogenloos als stompzinnig, ze herhaalt zich voortdurend, en na elke oorlog is het wachten op de volgende.… > Lees verder

Een hele dood voor de boeg

Wat is er aan de hand met Jean Echenoz?

Voor wie het nog niet wist: we hebben het over een van de grootste Franse schrijvers van dit moment, en niet alleen een van de grootste maar ook een van de grappigste – een combinatie die ook in Frankrijk niet vanzelfsprekend is. Jean Echenoz schrijft mild-ironische, quasi nonchalante romans die ondanks of dankzij de afwezigheid van grote woorden de kern raken van wat met een van die grote woorden het ‘menselijk tekort’ heet. Om precies te zijn het tekort van de moderne westerse mens, dat voor de (merendeels mannelijke) personages vaak de gedaante aanneemt van een grote, onbereikbare blondine: bij Echenoz is Doris Day nooit ver weg, maar altijd te ver.… > Lees verder

Een kruitvat vol tegenstrijdigheden

Wat is een dandy? Wie denkt dat het een man is die overdreven veel aandacht besteedt aan zijn uiterlijk, een fatje dus, zou Het dandyisme en George Brummell van de Franse schrijver Jules Barbey d’Aurevilly (1808-1889) eens moeten lezen. Was Pim Fortuyn een dandy? Nee, zou Barbey zeggen, want een echte dandy is niet zozeer herkenbaar aan zijn maatkostuums, zijn schoothondjes en zijn Daimler, als wel aan zijn onverschilligheid: hij bewaart een ironische afstand tot alles en iedereen, bindt zich aan niets of niemand en streeft geen ander doel na dan de vervolmaking van zijn grote kunstwerk: zichzelf. Een dandy gelooft niet dat de wereld kan worden verbeterd.… > Lees verder