web analytics

Mouezy-Eon

Aquarellist, beeldhouwer en spion (Frankrijk; actief aan het einde van de 20ste eeuw). Gezien die laatste activiteit lijkt het aannemelijk dat Mouezy-Eon een pseudoniem is, wellicht ontleend aan de roman Pierrot mon ami van Raymond Queneau, waarin de fictieve plaatsnaam Saint-Mouézy-sur-Eon voorkomt. Door zijn spionage-activiteiten heeft Mouezy-Eon weinig geëxposeerd. Niettemin ontwikkelde hij een zeer eigen stijl, die zich vooral kenmerkt door een grote aandacht voor beweging. Veel van zijn kunstwerken kunnen worden beschouwd als representaties in real time van een voortdurend fluctuerende werkelijkheid. Mouezy-Eon legde die werkelijkheid niet vast voor de eeuwigheid. Integendeel, in overeenstemming met de kunsttheorie van de 18de-eeuwse filosoof Denis Diderot (zie met name diens Lettre sur les sourds et muets à l’usage de ceux qui parlent et qui entendent, 1751) probeerde hij een tableau mouvant te scheppen dat als een actief analogon van de omgeving fungeerde.… > Lees verder

De romanpoëzie van Michel Houellebecq

In 1997 had de Franse zondagskrant Le Journal du dimanche een aardig, typisch Frans idee: eenendertig vooraanstaande schrijvers, intellectuelen, uitgevers en journalisten mochten om de beurt een rubriekje vullen met hun antwoord op de vraag welke boeken ‘Frankrijk hebben gemaakt’. De vraag was nogal vaag en de antwoorden liepen flink uiteen, maar in de ranglijst van honderd boeken die de krant uiteindelijk kon presenteren viel in ieder geval één ding op: er stond maar één levende schrijver in, op een bescheiden negenentachtigste plaats. Niet Jacques Derrida, Michel Tournier, Nathalie Sarraute of Emmanuel Le Roy Ladurie was door de Franse intellectuele elite uitverkoren om de banier van het heden hoog te houden, maar – u raadt het al – Michel Houellebecq, een jonge schrijver die welgeteld één roman op zijn naam had staan: Extension du domaine de la lutte, het boek waarvan u nu de vertaling in handen hebt.… > Lees verder

Michel Houellebecq, ‘De wereld als markt en strijd’, fragment

‘Plotseling kon het me niets meer schelen dat ik niet modern was.’
– Roland Barthes

Zaterdagochtend vroeg vind ik op het stationsplein een taxi die me wel naar Les Sables-d’Olonne wil brengen. Bij het verlaten van de stad rijden we door een reeks nevelbanken, en na het laatste kruispunt duiken we in een ondoordringbaar, volmaakt mistmeer. De weg en het landschap zijn volledig ondergedompeld. Er valt niets te onderscheiden, behalve van tijd tot tijd een enkele boom of koe die een moment lang wazig uit de leegte opdoemt. Het is erg mooi. Wanneer we bij de zee aankomen klaart de lucht abrupt, in één klap op.… > Lees verder

Van scalpel naar blokkendoos

Twee dunne boekjes, en de recensent die wanhopig probeert in het recentste van de twee de stem terug te vinden die hem in het eerste boekje zo had getroffen. Twee dunne boekjes met korte, krachtige titels: De dag van de hond en De beer. De schrijfster is een Franstalige Belg, en haar naam zal in Nederland bij vrijwel niemand een belletje doen rinkelen: Caroline Lamarche. Toch besteedde het tijdschrift Armada in juni 1998 al uitgebreid aandacht aan haar werk, en in de Franse Bibliotheek van Van Oorschot verscheen enkele maanden geleden een vertaling van De dag van de hond.… > Lees verder

Hoe vraag je om opslag?

In Middelburg verschijnt bij de Stichting Kunstuitleen Zeeland al jarenlang de Slibreeks, een serie van mooie kleine boekjes op envelopformaat, die altijd weer verrassingen in petto heeft. Zo was het voorlaatste nummer bijvoorbeeld een losbladige uitgave van het verhaal ‘Een muur met grillige patronen’ van de Chinese avant-gardist Ma Yuan. De lezer kan als het ware zelf zijn eigen verhaal samenstellen door de volgorde van de hoofdstukjes te veranderen, een idee dat zo uit de koker van de Franse literaire groep Oulipo had kunnen komen (‘Ouvroir de Litterature Potentielle’, zoiets als ‘Werkplaats voor Mogelijke Literatuur’).

Een van de belangrijkste leden van diezelfde Oulipo was Georges Perec, en van hem is toevallig het nieuwste Slib-deeltje afkomstig: het hoorspel Opslag uit 1970.… > Lees verder

De spiegel van het verschil: over Kundera en het vertalen

Spiegel

‘Wanneer een kunstenaar over een andere kunstenaar spreekt, heeft hij het altijd (indirect, via een omweg) over zichzelf, en daarin schuilt de waarde van zijn oordeel.’ Aan het woord is Milan Kundera, kunstenaar, die spreekt over een andere kunstenaar, Francis Bacon – en dus over zichzelf. De grenzen van het ik, het einde van het grote Europese modernisme, de vrolijke wanhoop, de gruwelen van de toevalligheid: allemaal thema’s die Kundera bij Bacon herkent (weerspiegeld ziet).

En nu spreekt hij opnieuw over een andere kunstenaar: Kafka; en opnieuw schuilt de waarde van zijn oordeel misschien vooral in wat hij indirect, via een omweg, over zichzelf zegt.… > Lees verder