Belgische schilderes, actief na de Tweede Wereldoorlog. Over het leven van Tippetotje is een schat aan documenten beschikbaar, onder meer brieven en transcripties van gesprekken met de dagbladschrijver Johan Janssens, en verslagen van excursies met Meneer Colson, ambtenaar.
Tippetotje was niet van zins nieuwe wegen te banen in de schilderkunst, en stond bepaald wantrouwig tegenover de avant-garde. Ze was de schilderes van de onbewaakte overweg, van de betonplaten naast de dekenfabriek, van de vuile huizen in de winter en van de zonovergoten voorstadskoer. ‘Ik ben geen surrealist, ik ben Tippetotje en ik moet een onderwerp nemen dat mij past: een root werkmanshuizen die realistisch zijn weergegeven, alhoewel ze daar als het ware in een droomsfeer staan, onder een lucht die donker en gesloten en een ietsje roodachtig is, maar verlicht door een klaarte die als het ware uit het schilderij zelf komt, die als het ware voortspruit uit die, overigens zeer realistisch geziene, root werkmanshuizen: en aan de straatdeur van het eerste werkmanshuis staat de godverdommelijke schone droom van een naakt meisje… zij is heel naakt maar draagt een rode pullover… zij is naakt tot aan het middel zodat ge de droom der benen en der dijen ziet, en de duivelsharen van haar geslacht, maar daarboven draagt zij een rode met de hand gebreide pullover…’, aldus Tippetotje in een brief.… > Lees verder