Haar zoon was vijf jaar oud toen ze hem begroef. Later, in de vakantie, zei haar schoonzus tegen haar: ‘Je bent te neerslachtig. Je moet weer een kind krijgen. Alleen op die manier kun je het vergeten.’ De opmerking van haar schoonzus stemde haar droevig. Kind: bestaan zonder biografie. Schaduw die zich snel oplost in zijn opvolger. Maar ze wilde haar kind niet vergeten. Ze verdedigde zijn onvervangbare individualiteit. Tegen de toekomst verdedigde ze een verleden, het veronachtzaamde, geringgeschatte verleden van de arme kleine dode. Een week later zei haar man tegen haar: ‘Ik wil niet dat je met een depressie blijft zitten.… > Lees verder
De dolle wanorde van de conversatie
Waarom Diderot? Omdat hij de levendigste, de grappigste, de ongrijpbaarste is. Neem zijn Contes et romans ter hand in de prachtige nieuwe Pléiade-uitgave, sla het voorwoord, de noten en alle andere onzin over, begin te lezen en je bent verkocht.
Wie was Diderot? Zelf zou hij waarschijnlijk hebben geantwoord: ‘Wat doet het ertoe, lees nu maar gewoon.’ Of: ‘Wat gaat u dat aan?’ Maar als hij in een goede bui was, en dat was hij vaak, zou hij zich gemakkelijk hebben laten verleiden tot een conversatie, want conversaties, daar was hij dol op, vooral als hij zelf het woord mocht voeren.… > Lees verder
Zichtbare wereld
Waar houdt een plaats op, waar begint een nieuwe plaats? Het is vooral een kwestie van gewoonte. Na een verhuizing merk je dat direct. In het begin is de plaats waar je bent gaan wonen belachelijk klein, niet veel groter dan de directe omgeving van het huis. En zelfs binnenshuis is veel nog oningevuld: waar zitten de lichtknopjes, wat is dat voor geluid, welke sleutel past op de deur van de kelder? Maar geleidelijk worden die witte plekken ingevuld, de plaats begint vertrouwd te voelen, hij groeit en neemt de vorm aan die hij in het vervolg min of meer zal behouden: een grillige, voor buitenstaanders onbegrijpelijke vorm, want de gewoonte volgt haar eigen wetten, waarin de topografische werkelijkheid op een onvoorspelbare manier wordt ingekleurd en vertekend door het toeval.… > Lees verder
De boom der mogelijkheden
Een boek dat oneindig veel mogelijke boeken bevat. Dat is Identiteit, na De traagheid de tweede roman die Milan Kundera rechtstreeks in het Frans schreef, de tweede ook die een grote formele en thematische complexiteit koppelt aan een geringe omvang en een opmerkelijke soberheid.
[…]
In Identiteit draaien alle thema’s en motieven rond één centrale vraag, het gapende middelpunt van de maalstroom: waar houdt een mens op zichzelf te zijn? Die vraag naar de grenzen van het individu wordt nergens in zijn abstracte algemeenheid gesteld, maar keer op keer aangestipt in concrete situaties. En of daarin nu sprake is van het geheugen of van de dood, van dromen of van orgieën, altijd hangt de identiteitsvraag samen met de manier waarop de twee personages, Chantal en Jean-Marc, zich op dat moment tot elkaar en tot de wereld om hen heen verhouden.… > Lees verder
Niet-gerealiseerde mogelijkheden
De ondraaglijke lichtheid van het bestaan is Milan Kundera’s bekendste roman. Paradoxaal genoeg dankt het boek zijn bekendheid voor een belangrijk deel aan de verfilming door Philip Kaufman, waarnaar Kundera ongetwijfeld verwijst wanneer hij in een paar jaar later verzucht: ‘Omdat het essentiële van een roman juist ligt in wat je niet anders kan zeggen dan door een roman, blijft in elke bewerking alleen het niet essentiële over. Elke idioot die vandaag de dag nog romans schrijft, moet ze zo schrijven dat ze nooit kunnen worden bewerkt, met andere woorden: dat ze niet kunnen worden naverteld.’ Die verzuchting doet hij niet in een interview of een essay maar in een (inderdaad niet na te vertellen) roman, Onsterfelijkheid, en daarmee hebben we direct een opvallend kenmerk van Kundera’s latere werk te pakken: de verhaallijn, als die er al is, wordt geregeld onderbroken door theoretische uitweidingen van de verteller, in wie gemakkelijk een alter ego van de schrijver zelf te herkennen valt.… > Lees verder
Alle mensen worden broeders
Afscheidswals is de derde en laatste roman die Milan Kundera in Tsjecho-Slowakije schreef. Nadat de Russen de Praagse Lente, waarvan hij een van de voornaamste woordvoerders was, in augustus 1968 op brute wijze de kop in hadden gedrukt, was zijn werk op de index gezet, en de eerste editie van Afscheidswals verscheen in 1973 dan ook in Frankrijk, in vertaling: het Tsjechische origineel werd pas zes jaar later gepubliceerd in Canada. Kundera zelf vestigde zich in 1975 noodgedwongen ook in Frankrijk, waardoor de titel van zijn roman achteraf een ironische vooruitwijzing bleek, geheel in de stijl van het verhaal.
Inderdaad is Afscheidswals één groot spel van vergissingen, een aaneenschakeling van verteltechnische buitelingen en tuimelingen – een vaudeville, noemt Kundera het boek zelf.… > Lees verder