Translating the first sentence of Proust’s A la recherche du temps perdu into Dutch is not an easy task, as translators Martin de Haan and Rokus Hofstede have found out. Here is how they came to a solution for their new translation of Du côté de chez Swann, due to appear in 2015.
It all seems so easy: ‘Longtemps, je me suis couché de bonne heure.’ No interpretation problems, no hidden meanings, no obtrusive words, no untranslatable idiom, no difficult sytax, no marked register, no tricky word play, no sounds effects, no metre, no intertextual allusions, no cultural references: for the reader who is not familiar with the sentence, this is nothing more than an ordinary, unemphatic statement by someone who wants to tell something about a period in the past that is now over.… > Lees verder
De beginzin van Prousts A la recherche du temps perdu is voor de Nederlandse vertaler een lastige, zoals trouwe lezers van het blog Hof/Haan weten. Het lijkt zo makkelijk:
Longtemps, je me suis couché de bonne heure.
Geen begripsproblemen, geen dubbele bodems, geen opvallende woorden, geen onvertaalbaar idioom, geen moeilijke zinsconstructie, geen gemarkeerd taalregister, geen lastige woordspelingen, geen klankeffecten, geen metrum, geen allusies naar andere teksten, geen culturele verwijzingen: voor een lezer die het zinnetje nog niet kent is dit gewoon een doodnormale, onnadrukkelijke mededeling van iemand die iets wil vertellen over een periode in het verleden die inmiddels voorbij is.… > Lees verder

Vandaag werd bekendgemaakt dat onze gewaardeerde medewerker Haan de Letterenfonds Vertaalprijs krijgt toegekend voor zijn gehele vertalersoeuvre en zijn inzet voor de beroepsgroep. Wij van Hof/Haan zijn er erg mee in onze nopjes en hebben het glas erop geheven, proust!… > Lees verder
Voor Hof en Haan staat het jaar 2012 in het teken van Marcel Proust, van wie we Du côté de chez Swann vertalen voor de Perpetuareeks van Athenaeum-Polak & Van Gennep. Het is een tamelijk gewaagde onderneming, want er bestaan al twee andere vertalingen van dit deel van de Recherche, waarvan de recentste (door Thérèse Cornips) nog maar kort geleden is verschenen, in 2009. Over de redenen van onze hervertaling hebben we ons elders al uitgelaten. Op dit blog zullen we vanaf nu regelmatig schrijven over het concrete vertaalproces – waarbij ook de bestaande vertalingen (inclusief de twee Engelse en drie Duitse) uiteraard ter sprake zullen komen.… > Lees verder
‘Lang ben ik bijtijds gaan slapen.’ Zo begint Op zoek naar de verloren tijd in de vertaling van Thérèse Cornips. De vertaalster bekent meteen kleur door het neutrale ‘de bonne heure’ te vertalen met een woord (bijtijds) dat weliswaar ook ‘vroegtijdig’ kan betekenen, maar waarvan ‘de thans [= in de tweede helft van de 19de eeuw] gewone beteekenis’ zelfs volgens het WNT al ‘intijds’ is, dat wil zeggen tijdig, voor het te laat is. Waarschijnlijk zeggen oude mensen in afgelegen boerendorpen nog wel dat ze bijtijds gaan slapen, maar de jonge hoofdpersoon van een van de grootste modernistische romans?
Toegegeven, het is niet zo simpel als het lijkt.… > Lees verder
Rokus Hofstede en Martin de Haan opereren veelvuldig als vertalersduo, soms ook als schijversduo. Zij hebben samen werk vertaald van Marcel Proust (Het vervloekte ras, Tegen Sainte-Beuve, beide met Jan Pieter van der Sterre, en Swanns kant op), Régis Jauffret (Gekkenhuizen!, wereld, wereld!), Vivant Denon (Eenmaal, immermeer), Émile Zola (Hoe men sterft), Julio Cortázar (De toespraken van de bekkenknijper) en Joris-Karl Huysmans (Aan de vrouw). Ook hebben ze samen de briefwisseling Publieke vijanden van Michel Houellebecq (vertolkt door Martin de Haan) en Bernard-Henri Lévy (vertolkt door Rokus Hofstede) vertaald.… > Lees verder