web analytics

Tovertaal 4: Groot nieuws voor de dichters

Poëzie vertalen is een heikele zaak. Vooral metrische en rijmende poëzie levert in vertaling maar al te vaak een bedroevend resultaat op, om een voor de hand liggende reden: hoe nauwer de vaargeul, hoe groter de kans dat het schip strandt, en vormvaste poëzie geeft de vertaler minder ruimte dan welke andere vorm van literatuur dan ook. Ik ken geen enkele metrische en rijmende vertaling die mij als tekst volledig overtuigt: rijmdwang, antimetrische verzen, lelijke parafrases, ook de allerbeste vertalers van dit soort poëzie ontkomen er niet aan. Toen ik onlangs in de gebruiksaanwijzing van Tovertaal las dat het programma ook rijmend en metrisch kon vertalen, was ik dan ook buitengewoon sceptisch, hoe verbluffend de verdere vertaalprestaties van het ding ook waren.… > Lees verder

Poëzie is altijd eenzaam – gesprek met Chen Li

door Silvia Marijnissen en Martin de Haan

Hualian, Taiwan, mei 2001. Met zijn auto komt Chen Li ons in het Politiehotel ophalen voor een gesprek over zijn poëzie; zoals altijd is hij losjes gekleed en loopt hij op zijn Playboy-slippers. We rijden naar zijn huis aan de andere kant van het stadje. Via een ingang die oogt als een garagedeur komen we direct in de woonkamer, die wordt overheerst door een enorme geluidsinstallatie, gigantische speakers en kasten vol cd’s en video’s met voornamelijk westerse klassieke muziek. We lopen door naar de tweede verdieping en installeren ons daar op de parketvloer van een lange, lichte kamer die helemaal leeg is, op een Yamahavleugel en een wand met boekenkasten na.> Lees verder

Lezen is dwalen

Het heeft iets weg van een goede grap: Frankrijks belangrijkste literaire prijs, de Prix Goncourt, doorgaans goed voor een verkoop van enkele honderdduizenden exemplaren, is afgelopen maandag toegekend aan een boek dat normaliter misschien niet eens een tweede druk zou halen. Les Ombres errantes (‘Dolende schimmen’ of ‘Dwalende schaduwen’) van Pascal Quignard is geen potentiële bestseller, geen meeslepend verhaal dat je steeds dwingt tot doorlezen. Het is niet eens een roman – en dat zegt veel, in een tijd waarin ‘roman’ en ‘literatuur’ bijna synoniem zijn geworden.

De keuze van de Goncourtjury is des te opmerkelijker omdat diezelfde jury vorig jaar een boek bekroonde dat in alle opzichten het tegendeel was van de huidige winnaar: Rouge Brésil van Jean-Christophe Rufin, een humanistisch-moralistische papa-vertelt-roman die inderdaad alles in zich had om een groot publiek te behagen.… > Lees verder

Tovertaal 3: De zoekgeraakte tijd

Marcel Proust, wie kent hem niet. Zijn meesterwerk, de megaroman Op zoek naar de verloren tijd, wordt deze zomer herdrukt in een goedkope editie (7 delen in cassette, 3472 pagina’s, € 69,50) in de onvolprezen en zwaar bekritiseerde vertaling van het trio C.N. Lijsen, M.E. Veenis-Pieters en Thérèse Cornips, dus vanaf nu is zelfs de prijs geen excuus meer. Maar de Nederlandse Proust is de Franse niet, verzekeren de snobs ons, en ze hebben nog gelijk ook: een vertaling kán niet identiek zijn aan het origineel. Gelukkig maar, trouwens, want nu kunnen we tenminste nog hopen dat er ooit een tweede Proustvertaling zal komen, en een derde, en een vierde – die niet per se beter zullen zijn, maar in ieder geval een andere visie op de tekst zullen geven.… > Lees verder

Lezen met een Perzisch oog

Wat de jaren zestig waren voor de twintigste eeuw, was de Régence voor de Franse achttiende eeuw. Lodewijk XIV, de strenge despoot die van 1643 tot 1715 had geheerst, lag nog maar koud in het graf of alles zoop en naaide, heel Frankrijk was één groot matras. Het leek alsof alle oude zeventiende-eeuwse waarden in één klap waren weggevaagd: godsvrucht was ineens passé, atheïsme in de mode, autoriteit uit den boze en vrijheid (van geest en van zeden) bon ton.

Het regentschap van Philippe d’Orléans duurde niet langer dan acht jaar, maar de geest was uit de fles. Veel van wat de Franse achttiende eeuw voor ons belichaamt – zwierigheid, lichtheid, vrijheidsdrang, anti-absolutisme, intellectuele durf – is een rechtstreeks uitvloeisel van de gezagscrisis die na de dood van de Zonnekoning uitbrak; het werk van iemand als Voltaire valt niet goed te begrijpen zonder enig benul van de ‘aimable Régence’ waarin hij debuteerde.… > Lees verder

Milan Kundera, Onwetendheid, fragment

Milan Kundera, Onwetendheid Jonás Hallgrímsson was een groot romantisch dichter en tevens een groot voorvechter van de onafhankelijkheid van IJsland. Alle kleine naties van Europa kenden in de negentiende eeuw die romantische en patriottische dichters: Petőfi in Hongarije, Mickiewicz in Polen, Prešeren in Slovenië, Mácha in Bohemen, Sjevtsjenko in Oekraïne, Wergeland in Noorwegen, Lönnrot in Finland en ga zo maar door. IJsland was destijds een kolonie van Denemarken en Hallgrímsson woonde gedurende zijn laatste levensjaren in de hoofdstad. Alle grote romantische dichters waren behalve grote patriotten ook grote drinkers. Op een dag viel Hallgrímsson stomdronken van een trap, brak zijn been, kreeg een infectie, stierf en werd begraven op het kerkhof van Kopenhagen.… > Lees verder