web analytics

Slaapkamerverhalen

Suite in het Crystal van Olivier Rolin (1947) – overigens schitterend vertaald door Katelijne de Vuyst en Marij Elias – is een buitenissig literair object: een mozaïek van verhalen in de vorm van een verzameling uitputtend beschreven hotelkamers. Het wil de verwezenlijking zijn van een door Georges Perec (1936-1982) gepland maar onvoltooid gelaten project, Plaatsen waar ik geslapen heb. Perec heeft inderdaad herhaaldelijk gezinspeeld op het plan een inventaris te maken van al zijn nachtverblijven, en het meest uitvoerig in Ruimten rondom, waarvan onlangs een herziene, gecorrigeerde editie verscheen – overigens schitterend vertaald door Rokus Hofstede. Maar de geschiedenis van deze literaire afstamming is nog ingewikkelder, aangezien Perec zelf de bescherming van een andere grote schrijver inroept, Marcel Proust (1871-1922), en claimt dat Plaatsen waar ik geslapen heb niets anders is dan ‘een nauwgezette uitwerking van de paragrafen 6 en 7 van het eerste hoofdstuk van het eerste deel (‘Combray’) van de eerste band (De kant van Swann) van Op zoek naar de verloren tijd’.… > Lees verder

Pinget, Robert. Noten bij een lemma uit de Grote Winkler Prins

Robert die sleutels verzamelt
vindt hun Canyon een sleutelgat

Hugo Claus, ‘Arizona’

Pinget, Robert (Genève, 19 juli 1919), Frans schrijver.

Het werk van Robert Pinget behoort tot de Franse literatuur, maar hijzelf was een Zwitser. ‘Pinget’ is de naam van verschillende personages van de grote Frans-Zwitserse romancier Charles-Ferdinand Ramuz. Pinget was geen radde Parijzenaar; in interviews (te beluisteren op de website van het Institut National de l’Audiovisuel) heeft zijn tongval, met karakteristiek slepende zinseinden, iets onmiskenbaar uitheems. Toch lijkt zijn geboorte buiten Frankrijk geen zichtbare sporen in zijn boeken te hebben nagelaten – of het zou zijn humor moeten zijn, een voorliefde voor het komische die misschien on-Frans mag heten.… > Lees verder

La beauté difficile – quelques problèmes de lecture dans Vies minuscules

Rokus Hofstede: – Je veux vous dire d’abord que ça va être une intervention largement improvisée. Si j’ai été annoncé dans la catégorie des universitaires, c’est parce qu’il n’y avait pas de catégorie spéciale pour les traducteurs ; j’ai fait dans un lointain passé des études de sociologie mais pour ce qui est de la traduction, je suis un parfait dilettante. Je ne suis donc pas habitué à avoir un micro à la main et à parler devant des salles pleines comme celle-ci. Comme je ne me propose pas de faire un discours magistral sur la littérature en général et celle de Pierre Michon en particulier, mais plutôt de vous faire partager quelques expériences de traduction, je vais consacrer le gros de mon temps à vous donner des exemples concrets de problèmes d’interprétation et de compréhension que j’ai pu rencontrer en traduisant Vies minuscules en néerlandais.… > Lees verder

IJdelheid en wind

Herzieningen zijn interessant, ze maken diachrone vergelijkingen mogelijk: wat heeft de vertaler gehandhaafd, wat heeft hij veranderd? Welke overwegingen lagen aan die keuzes ten grondslag? Omdat er tijd overheen is gegaan, kan de vertaler voortborduren op zijn eerdere versie en die tegelijk afstandelijk beoordelen, alsof ze van een ander is; hij staat als het ware op zijn eigen schouders, een wonderbaarlijk staaltje van acrobatisch kunnen, dat acteurs die een rol hernemen of musici die van een partituur een nieuwe uitvoering brengen veel minder goed afgaat. In 2007 verscheen de elfde druk van De minnaar van Marguerite Duras, bij een nieuwe uitgever en in een herziene uitgave.… > Lees verder

Een ‘wild meisje’? Oerteksten van Marguerite Duras

Sommige schrijvers spreiden postuum een grote bedrijvigheid ten toon. Voordat hun roem taant en ze terugvallen in de vergetelheid, wordt hun naam te gelde gemaakt door de publicatie van teksten uit de nalatenschap – brieven, dagboeken, artikelen, schetsen, aantekeningen, kladversies. Of alles wat uit de archieven tevoorschijn komt een verrijking van het oeuvre mag heten, is een andere zaak. Tegen het uitmelken van de fonds de tiroir van een schrijver verzet zich de moraal van het wezenlijke, door Milan Kundera bepleit in zijn essay Het doek (Ambo, 2006, vertaling Martin de Haan): ‘Niet alles wat een romancier heeft geschreven maakt deel uit van zijn werk.… > Lees verder

De Heilige Koe van de standaardtaal

Met het onderwerp van deze lezing, ‘Vlaams-Nederlandse vertaalkwesties’, kun je alle kanten op, en aanvankelijk was dat ook min of meer de bedoeling: ik stelde me voor dat ik een aantal vrijblijvende beschouwingen ten beste zou geven over het vertalen in Vlaanderen en Nederland, voor een deel gebaseerd op mijn eigen ervaringen als Nederbelg. Maar toen ik dit praatje daadwerkelijk begon voor te bereiden leek het me interessanter om alle academische distantie te laten varen en om de tijd die mij hier is gegund te gebruiken voor het innemen van een provocatieve, polemisch bedoelde stelling – niet omdat ik de waarheid in pacht meen te hebben maar omdat ik discussie hoop uit te lokken.… > Lees verder