web analytics

Openluchtfrans

De vogelgriep herinnert ons aan een elementair feit: wij zijn afhankelijk van ‘de natuur’. ’t Is altijd weer even schrikken als we dat beseffen, een schrik die snel kan omslaan in paniek. Alsof die afhankelijkheid in ons een primitieve angst de kop doet opsteken voor kwade machten die ons te boven gaan. Alsof niet alleen dieren ziek zijn, maar de natuur zelf ziek dreigt te worden.

Wie nog geen voorraad Tamiflu in huis heeft, kan zijn vrees voor besmetting mogelijk bezweren door het lezen van La Grande Peur dans la montagne (‘De Grote Angst in het hooggebergte’) van de Frans-Zwitserse schrijver Charles-Ferdinand Ramuz (1878-1947).… > Lees verder

‘Ik dwaal tussen de geraamten van mijn dromen’

‘Europa is niets anders dan een straatslet, loerend op de eerste de beste klant en maar al te blij dat ze kwistig met haar onwelriekende liefkozingen kan strooien. Europa? Een bordeel om vijf uur ’s ochtends…’. Nee, dit is geen hedendaagse cultuurpessimist die het oude thema van de Ondergang van het Avondland nog eens van stal haalt. Wel lijken sommige conservatieve twintigste-eeuwse auteurs postuum het tij mee te hebben. Dat geldt in ieder geval voor Emil Cioran (1911-1995).

Cioran staat bekend als Frans filosoof, maar Frans filosoof werd hij pas bij de gratie van de Tweede Wereldoorlog. In de jaren ’30 schreef hij een hele reeks werken in het Roemeens, het laatste, Brevier der overwonnenen, tijdens de oorlog in Parijs, waar hij in die jaren een roemloos emigrantenbestaan leidde.… > Lees verder

Heimwee naar de mens

Zijn er nog mensen die niets moeten hebben van Houellebecq? Zijn er nog mensen die van Houellebecq geen genoeg kunnen krijgen? Beide categorieën kunnen zich maar beter schrap zetten, want de hadjememaar van de Franse letteren slaat weer toe. La Possibilité d’une île, Houellebecqs nieuwe en naar eigen zeggen beste roman, is niet nog smeuïger dan de vorige. Wel is het een superieure synthese van alles waar Houellebecq voor staat, als schrijver en als fenomeen.

Om met dat laatste te beginnen: La Possibilité d’une île illustreert voorbeeldig waartoe het literaire kapitalisme op dit moment in staat is. Uitgever Fayard kocht Houellebecq voor een recordbedrag weg bij Flammarion, op een manier die aan de voetbalwereld doet denken: Fayard maakt deel uit van de groep Lagardère, actief op audiovisueel gebied, zodat het contract voor de roman er tevens een is voor de filmbewerking, met Houellebecq zelf als gedoodverfd regisseur.… > Lees verder

Georges Perec is geboren

De tweede helft van de twintigste eeuw heeft zijn eigen Proust en hij heet Perec. Een krasse uitspraak, want de autobiografische inspiratie bij Marcel Proust springt in het oog, terwijl Georges Perec (1936-1982) zich niet onmiddellijk heeft doen kennen als chroniqueur van zijn eigen leven. Toch is die analogie helemaal niet zo geforceerd, nog los van het feit dat Proust en Perec beiden behoren tot de grote namen van de twintigste-eeuwse Franse letteren en dat ze in de boekenkast bij elkaar in de buurt staan.

Maar staan ze eigenlijk wel bij elkaar in de buurt? In zijn ‘Beknopte aantekeningen over het oordeelkundig ordenen van je boeken’ noemt Perec voor de vuist weg een dozijn mogelijke ordeningsprincipes.… > Lees verder

De bitterheid van het bestaan

Pas zevenendertig, maar al twintig jaar métier. Door critici gevierd, maar de voorkeur gevend aan een plattelandsbestaan als moeder van vijf kinderen boven Parijse roem. Dochter van een Senegalees en een Française, maar geen verwantschap met ‘migrantenliteratuur’. Schrijfster Marie Ndiaye gaat haar eigen gang en bouwt in de luwte aan een indrukwekkend oeuvre. Haar meest recente proza geeft de volle maat van haar talent. En o ironie: in Nederland is ze vrijwel vergeten.

Nederlandse uitgevers hebben Ndiaye verschillende malen in het vizier gehad. In de jaren ’80 verscheen bij Tabula De jonge Z, haar op zestienjarige leeftijd geschreven debuut. In de jaren ’90 volgden bij De Geus drie romans, Lieve familie, De tijd van het jaar en Heksenschool.… > Lees verder

Ondraaglijk lijden

‘Philippe Claudel’, lezen we op het omslag, ‘auteur van Grijze zielen’, en daaronder de titel: Zonder mij. Meeliften op het succes van een bestseller door het in vertaling uitbrengen van ouder werk, het is een begrijpelijke poging om de bij de lezer gewekte nieuwsgierigheid te bevredigen, maar niet zonder risico: wat als het met terugwerkende kracht uitgebrachte boek niet in de schaduw kan staan van het boek dat alom wordt bejubeld?

Het vorig jaar verschenen Grijze zielen was een meeslepende roman over het niemandsland van misdaad en moraal, tegen de achtergrond van het niemandsland van de Eerste Wereldoorlog. Uit het zopas gepubliceerde Zonder mij blijkt opnieuw Claudels voorliefde voor de universele thema’s van dood en liefde, en voor een ik-figuur die uitnodigt tot onmiddellijke identificatie.… > Lees verder