web analytics

Hermans en de hoer van Brussel

Misschien moet je wel iets van een hoerenloper hebben om van Brussel te houden.

Ooit vormden wij mensen één volk en hadden wij één taal. Toen wilden de Babyloniërs een toren bouwen die tot de hemel reikte. God strafte de torenbouwers met spraakverwarring, de onderneming mislukte, de volken werden over de gehele aarde verstrooid. In het boek Genesis, de oudtestamentische bijbel-proloog, wordt het verhaal van die spraakverwarring verteld.

Brussel vergelijken met Babel, het is al haast een cliché. Ook in het Babel aan de Zenne zijn de tongen en natiën vermengd, en ook daar leidt zulks tot de nodige verwarring. Elk gesprek dat je er aanknoopt veronderstelt een prealabale onderhandeling, een meerkeuzevraag, een moment van aarzeling: welke taal spreken we, en door wie wordt dat bepaald?… > Lees verder

‘De schrijver is hooguit een opwekker van ambiguïteit’: Roland Barthes

‘Het kwartetje van waarden ziet er dus zo uit: ‘stijf worden’ en ‘los raken’ zijn goede waarden (het gladde, het geoliede, het overgotene zijn gunstig, afdrijven is gerechtvaardigd); maar ‘stollen’ en ‘schiften’ zijn slechte waarden, [onleesb.] wijzen vooruit naar de dood door mummificatie (reïficatie) of ontbinding.’

(onuitgegeven fragment uit Roland Barthes par Roland Barthes, in: Genesis 19/02, p.26)

Roland Barthes hield van chocola en van amfibolieën. Een amfibolie is een soort verbale praline, een gelaagde uitspraak die inspeelt op de potentiële dubbelzinnigheid van een woord. ‘Telkens wanneer hij zo’n woord met dubbele lading tegenkomt, houdt R.B. (…) de twee betekenissen vast, alsof één van de betekenissen naar de andere knipoogt en de betekenis van het woord in dat knipogen besloten ligt.… > Lees verder

Vertaalwinst

1. Tokio, een chique hotel, twee westerlingen, man en vrouw. Sofia Coppola’s veelgeprezen Lost in Translation bevat dezelfde ingrediënten als Jean-Philippe Toussaints veelgeprezen Faire l’amour. Niet alleen qua setting, ook qua thematiek zijn de overeenkomsten tussen de film en de roman opvallend: de gestileerde eenzaamheid van geliefden die gedoemd zijn elkaar mis te lopen, hun spel van aantrekken en afstoten, hun slapeloze omzwervingen langs oorden van publiek vermaak. In sommige scènes lijkt haast sprake te zijn van wederzijds plagiaat: een ontvangstcomité van strak in het pak gehesen Japanners die één voor één met een lichte buiging hun visitekaartje aanbieden; een nachtelijke fax van het thuisfront (tijdsverschil, jetlag); een nachtelijke zwempartij op de bovenste verdieping van het hotel; en in beide, film en roman, overweldigende lichteffecten.… > Lees verder

Georges Perec / Robert Antelme

Wie vandaag het essay leest dat Georges Perec (1936-1982) begin jaren ’60 schreef over L’espèce humaine van Robert Antelme, doet dat haast onvermijdelijk met een biografische bril. Perecs Pools-joodse vader overleed in 1940 tijdens de eerste oorlogshandelingen als vrijwillige in het Franse leger, zijn Pools-joodse moeder werd in 1943 via Drancy naar Auschwitz gedeporteerd en keerde niet terug. De kleine Georges dook tijdens de oorlogsjaren onder in de Vercors, om na de oorlog te worden opgenomen in het gezin van zijn tante Esther. In W ou le souvenir d’enfance(1975)[1. Georges Perec, W of de jeugdherinnering, vertaald door Edu Borger, De Arbeiderspers, 1991.]… > Lees verder

‘Je ne pus qu’amèrement m’extasier’: traduire Michon en néerlandais

Parmi les différentes formes de plaisir que procure la lecture, Roland Barthes, dans son essai ‘Sur la lecture’,[1. R. Barthes, ‘Sur la lecture’, in : Le bruissement de la langue, Essais critiques IV, Seuil, Paris, 1984.] distingue, à côté de la lecture métaphorique ou poétique du texte (qui relève du fétichisme) et du plaisir métonymique de la narration (le suspense), le désir que provoque le texte lu d’écrire soi-même: nous désirons, dit Barthes, le désir que l’auteur a eu du lecteur lorsqu’il écrivait, nous désirons le aimez-moi qui est dans toute écriture. Aucun lecteur sans doute n’est saisi d’un tel désir au même degré que le traducteur: son désir, produire un texte digne d’être aimé, est directement proportionnel à l’aimez-moi investi dans le texte à traduire.… > Lees verder

‘Ik moet het weifelend wezen dat ik ben, stutten door welsprekendheid’: Herman Teirlinck

De lievelingsschrijver is een eenmanscategorie die veel wegheeft van de vriend. Aan mijn lievelingsschrijver denk ik in het vocabulaire van de vriendschap, ik schep graag op over zijn in het oog lopende kwaliteiten en reageer op zijn niet minder in het oog lopende tekortkomingen met vergoelijkend gniffelen of hoofdschuddend mededogen. Het is alsof de innige band die ik met hem heb teruggaat op een persoonlijke ontmoeting, hoewel hij stierf toen ik amper kon lezen en ik hem als persoon hoogstwaarschijnlijk een irritante ijdeltuit zou hebben gevonden. Toch delen we, als vrienden, een verknochtheid aan bepaalde manieren van praten, een paar geografische toevalligheden en een zeker gevoelsregister – woorden, oorden en vrouwen.… > Lees verder